Vers van de vensterbank
Zin in een verse topping voor het avondeten? Microgroenten kan je heel gemakkelijk op de vensterbank kweken en zijn niet alleen ideaal voor het op smaak brengen van soepen, sandwiches en salades, ze zorgen eveneens voor een flinke portie vitale stoffen! Het beste is : je hebt geen tuin of balkon nodig om verse kruiden te oogsten. Microgroenten kunnen het hele jaar door gewoon op de keukenvensterbank worden geplaatst! In dit artikel leggen we je uit welke zaden geschikt zijn voor het kweken van de kleine vitaminebommen en waarop je moet letten.
Verschil met spruiten / kiemen
In principe zijn microgroenten (ook wel microgreens of kiemgroenten genoemd) niets meer dan kleine zaailingen die hun eerste een of twee blaadjes hebben gevormd. In tegenstelling tot spruiten (of kiemen) worden microgroenten in de grond gekweekt en eet je de opgezwollen zaden niet met de spruit eraan. Je snijdt het groene miniplantje net boven het aardoppervlak af. De zaden blijven in de grond en ontkiemen in het beste geval zelfs een tweede keer zodat je je microgroenten meerdere keren kan oogsten.
Op een lichtrijke, warme vensterbank maakt het de kleine zaailingen niet uit of het zomer of winter is. Microgroenten groeien gemakkelijk het ganse jaar door in zaaibakken of zelfs een oud koffiekopje.
Tuinkers, radijs, rode biet - dit zijn waarschijnlijk de drie bekendste zaden waarmee microgroenten kunnen worden gekweekt. Maar wist je dat je in principe van bijna alle kruiden- en groentezaden de zaailingen kan kweken? Blijf alleen uit de buurt van planten waarvan de bladeren giftig zijn voor de mens. Zo zijn de groene delen van alle nachtschadeplanten zoals tomaten, aardappelen of paprika's lang niet geschikt voor consumptie.
Met deze soorten lukt het zeker!
Microgroenten kweken | Saatgut im Überblick |
---|---|
Geschikt zaaigoed | Alfalfakiemen, amarant, anijs, basilicum, bloemkool, broccoli, boekweit, dille, doperwten, wortelen, kervel, koriander, tuinkers, snijbiet, munt, paksoi, peterselie, radijs, rode kool, rode biet, rucola, mosterd en tarwe |
Ongeschikt zaaigoed | Aubergine, peper, gojibessen, aardappel, paprika, rabarber, tomaten |
Stap voor stap
1
Microgroenten kunnen in principe op elk moment van het jaar worden gekweekt en geoogst. De standplaats moet lichtrijk zijn, maar niet te zonnig. Anders verbranden de fijne kiemen. In de zomer raden we je daarom aan de bakken met de zaailingen enkele meters van het raam te plaatsen. In de winter staan de plantjes liever op een lichtrijke zuid-georiënteerde vensterbank. De ideale temperatuur voor het kweken van microgroenten ligt tussen 18 en 22°C.
2
De teelt van microgroenten verschilt in principe nauwelijks van de normale kruiden- en groenteteelt. Er is één uitzondering : omdat de plantjes maar enkele centimeters hoog zijn en je er zoveel mogelijk wilt oogsten, moeten de zaden van microgroenten veel dichter bij elkaar gezaaid worden en heb je er dus meer van nodig. De zaden kunnen in een normale zaai- en stekgrond worden gezaaid. Een dergelijke potgrond is arm aan voedingsstoffen waardoor de kiemplantjes zich langzaam ontwikkelen en een rijk aroma vormen. Voor de teelt kan je ofwel speciale bakken kopen of een gewone bloempot met drainagegaten gebruiken. Ook minder courante houders zoals een koffietas of een oude ovenschaal zijn geschikt.
3
De grootste uitdaging bij het kweken van microgroenten is het behoud van het juiste bodemvocht. De zaailingen moeten steeds voldoende vocht ter beschikking hebben om zich goed te kunnen ontwikkelen. Vooral in de winter, bij een verminderde lichtinval en bij dalende temperaturen, dreigt de vochtige grond helaas snel te beschimmelen. Afhankelijk van de omstandigheden is het handig om de potten bij een kachel te plaatsen, waar de luchtvochtigheid lager is. Als de lucht in de ruimte echter te droog is, kunnen de tere ziektekiemen zich niet goed ontwikkelen. Dan kan je de pot met huishoudfolie afdekken. Vergeet echter niet om deze dagelijks even te verwijderen om te verluchten. Vertrouw dus zeker op je gevoel!
4
Afhankelijk van het zaaigoed zijn microgroenten drie tot vier weken na het zaaien rijp om te oogsten. Zodra de individuele zaailingen 1 tot 2 blaadjes hebben gevormd, kan je ze net boven de grond afsnijden en meteen in je gerechten verwerken. Als je niet alles in één keer afsnijdt, dan is de kans groot dat er nieuwe scheuten teruggroeien en kan je langer uit één zaadje oogsten.
De kleine groente- of kruidenkiemen bevatten alles wat een plant nodig heeft voor haar ontwikkeling. Daarom zitten microgroenten boordevol mineralen, vezels, eiwitten en secundaire plantaardige stoffen. De kleine zaailingen moeten ook niet onderdoen als het gaat om kleur en aroma. Afhankelijk van het zaaigoed dat je voor de microgroenten gebruikt, smaken ze scherp of zoet, en hebben ze een vurig rode, groene of paarse kleur.
Deze onderwerpen kunnen je ook interesseren