Kenmerken
Behoeften
Bloeiperiode
Eigenschappen
Correct planten
Kerstster planten
Met haar felrode bladeren gaat de kerstster tijdens de eindejaarsperiode de concurrentie aan met de ballen in de kerstboom. Ze is dan ook niet voor niks de populairste kerstplant in onze contreien. De kerstster staat onder meer ook bekend onder de namen poinsettia en adventster. Naast rode bladeren zijn er ook planten met crèmeklleurige, witte of roze bladeren verkrijgbaar - zo zorgt de plant op elke vensterbank voor een feestelijke stemming.
De kerstster (Euphorbia pulcherrima) behoort tot de wolfsmelkfamilie (Euphorbiaceae). In onze contreien wordt de plant vooral als kleine, decoratieve potplant gebruikt tijdens de adventstijd. In Zuid-Amerika, haar land van oorsprong, leeft ze meerdere jaren en kan ze uitgroeien tot een plant van wel 6 meter hoog. Dat betekent natuurlijk ook dat je kerstster na de eindejaarsperiode niet op de composthoop hoeft te belanden. Verder op deze pagina ontdek je hoe je je plant moet verzorgen om er meerdere jaren van te kunnen genieten. De botanische naam Euphorbia pulcherrima betekent trouwens "de mooiste wolfsmelkplant". Een naam die de kerstster te danken heeft aan botanicus Ludwig Willdenow.
Eerst en vooral willen we een misverstand uit de weg ruimen : de mooi gekleurde bladeren van de kerstster zijn niet de bloemen van de plant, maar wel de schutbladeren. Deze schutbladeren groeien in stervorm rondom de bloem. De bloem zelf is vrij onopvallend : ze heeft de grootte van een erwt en heeft een geelgroene kleur. Aangezien de onopvallende bloem geen insecten lokt, heeft de kerstster geprobeerd om die taak aan de schutbladeren door te schuiven en dat lijkt te zijn gelukt!
Dankzij de stervormige groei van de schutbladeren en de bloei tijdens de eindejaarsperiode, heeft de plant verschillende namen : kerstster, poinsettia en adventster. Zo werd de plant door een Duitse familie in Californië onder de naam "kerstster" cadeau gegeven.
De kerstster is in verschillende kleuren verkrijgbaar :
De kerstster is een kleine diva - toch zeker tijdens de kerstperiode. Ze houdt niet van tocht, lage temperaturen, donkere hoekjes en droge verwarmingslucht. Daarom is de verzorging van je kerstster tijdens de donkere maanden iets moeilijker, zeker wanneer de plant wordt blootgesteld aan koude tocht tijdens het verluchten van de ruimte.
Kies een lichtrijke plek voor je plant met een temperatuur van 17 tot 22°C. Als je kerstster dicht bij een raam staat dat regelmatig wordt geopend om de kamer te verluchten, dan kan je de plant beter op een ander (beschut) plekje plaatsen. Koude tocht is voor je kerstster ongewenst. Daarom raden we je aan om tijdens de aankoop naar de kwaliteit van de plant te kijken. Kies niet voor planten die worden gepresenteerd dicht bij een toegangsduur of in een doorgang waar constant koude lucht doorheen waait. Deze planten zijn vaak al beschadigd en zullen afsterven tijdens de eerstkomende dagen.
Zodra de temperaturen stijgen en de zomer voor de deur staat, kan je je kerstster buiten op een zonnig of half-schaduwrijk plekje plaatsen, beschut tegen regen. Daar kan de plant bij mooi weer gerust tot in de late zomer genieten van het zonlicht. Eenmaal de temperaturen onder de 10°C zakken, moet de vorstgevoelige plant terug binnen worden geplaatst. De plant kan korte koude periodes misschien wel verdragen, maar toch moet je voorzichtig zijn als je lang van de plant wilt genieten. Ten laatste in september heeft de plant minimaal 12 uren in het donker nodig zodat ze in de winter opnieuw kan gaan bloeien. Hieronder vind je meer informatie over hoe je je kerstster opnieuw kan doen bloeien.
Je hebt je kerstster gekocht en een mooi plekje op de vensterbank gegeven - nu kan je volop genieten van de mooie schutbladen. Kerststerren worden pas in het voorjaar verplant of verpot, bij voorkeur in april :
Correct verzorgen
Kerstster verzorgen
Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast - dit geldt ook voor eigenaars van een poinsettia. Vooral tijdens de winter hebben velen de neiging om hun kerstster veel water te geven. Hierdoor kunnen de wortels echter beginnen rotten. Dit zal ervoor zorgen dat de bladeren geel kleuren en de plant geleidelijk aan afsterft.
Normaliter heeft een kerstster weinig water nodig tijdens het koudste seizoen van het jaar. In de zomer heeft de plant logischerwijze meer water nodig. We raden je aan om steeds de vochtigheid van de potgrond te controleren alvorens je gaat begieten. Als de bovenlaag nog vochtig aanvoelt, hoef je geen water te geven. Overtollig gietwater in de onderzetter of sierpot moet je ten laatste 15 minuten na de gietbeurt weggieten.
Opgelet : giet het water aan de voet van de plant en niet over de bladeren. Je kan de wortelkluit ook 1 tot 2 minuten onderdompelen in een kom met water.
Vanaf maart kan je je kerstster 1 maal per week bemesten met een milde vloeibare meststof die je aan het gietwater toevoegt. Die bezorgt je plant alle belangrijke voedingsstoffen. Vanaf midden september last de kerstster een rustpauze in. Dan hoeft logischerwijze geen meststof toegediend te worden.
Afhankelijk van hoe groot je poinsettia is geworden, kan je de plant vanaf eind mei snoeien tot een hoogte van ongeveer 20 centimeter. Daarbij raden we je aan om handschoenen te dragen zodat je niet in contact komt met het plantensap.
Heb je vorig jaar een kerstster aangekocht en wil je die dit jaar opnieuw doen bloeien, dan moet je de plant ten laatste eind september gedurende minstens 12 uren op een donkere plaats zetten. Een ruimte die alleen wordt verlicht door daglicht en waarbij geen kunstlicht wordt aangezet, is bijvoorbeeld ideaal. Denk maar aan een ongebruikte berging of logeerkamer.
Als je niet beschikt over dergelijke ruimte, dan kan je de plant gewoon in een bak stoppen of een onderdoorzichtige doos over de plant plaatsen. Dit heeft de plant nodig om in december op tijd te kunnen bloeien en de kleurrijke schutbladen te kunnen vormen. De doos moet absoluut ondoorlatend zijn ; als je onbedoeld de deur opent en er kunstlicht uit de gang of van een straatlantaarn op de plant schijnt, dan is alle moeite voor niks geweest...
Je kan een kerstster gemakkelijk vermeerderen via stekken. De ideale periode hiervoor is het voorjaar. Om de plant succesvol te vermeerderen, moet de stengel acht centimeter lang zijn. Snijd de stek af en plaats die in een glas met lauw water om te vermijden dat het melksap eruit loopt. Draag zeker handschoenen zodat het melksap geen irritatie veroorzaakt.
Vul een bakje op met wat zand en potgrond en stop de stek erin. Geef grondig water zodat de stekken goed vochtig zijn. Bedek de kleine plantjes met folie om de luchtvochtigheid te verhogen. Dit is belangrijk zodat de plantjes vocht uit de bladeren kunnen halen voordat ze wortels hebben gevormd. Voor een goede zuurstoftoevoer en om infecties te voorkomen, moet de folie meerdere malen per dag verwijderd worden om te verluchten. Na tien tot veertien dagen kan je de folie definitief verwijderen.
Kerststerren zijn vrij gevoelige planten die geen verwarmingslucht, koude temperaturen en tocht verdragen. Het risico bestaat dat de planten worden aangetast door insecten of andere plagen en dat ze hierdoor verzwakken.
Bladluizen, schildluizen en wolluizen vinden het vaak heel gezellig op je poinsettia. Met behulp van een vochtige doek kan je ze van de plant halen. Daarna kan je een biologische insectenbestrijder toepassen. Tijdens de winter kan ook spint je kerstster aantasten. Deze insecten zijn vaak niet met het blote oog zichtbaar. Je zal pas opmerken dat ze op je plant zitten eens de bladeren opdrogen en verwelken. Ook hier kan een insectenbestrijder de oplossing bieden.
Het melksap in je plant bevat giftige bestanddelen die je huid kunnen irriteren. De poinsettia is in elk geval niet geschikt voor consumptie. Houd de plant daarom uit de buurt van kinderen en huisdieren zodat ze niet met de plant kunnen spelen.
Bloeiende winterplanten
Deze producten kunnen je interesseren